De ooglidcorrectie of blepharoplastiek is persoonsgebonden en afhankelijk van de hoeveelheid te verwijderen vetweefsel en huid. Ook de correcties van het bovenste en het onderste ooglid moeten gezien worden als twee verschillende behandelingen.
Blepharoplastiek bij het bovenste ooglid
Bij een correctie van het bovenste ooglid wordt vooral huid weggenomen. Een behandeling duurt ongeveer een uur onder een plaatselijke verdoving. U zult geen litteken zien na de behandeling, omdat de kleine incisie gemaakt wordt in de plooi van het ooglid.
Er wordt tijdens de behandeling een klein stukje huid weggenomen op de plek van de incisie. Indien nodig wordt soms nog een stukje van de oogkringspier, of vetweefsel aan de binnenkant van het oog naast de neus weggesneden.
Blepharoplastiek bij het onderooglid
Bij de onderste oogleden zijn de zogenaamde ‘wallen’ het grootste probleem. Hier dienen zich dus andere methodes aan, namelijk het wegnemen van vetweefsel en de hamra-techniek. In overleg met de plastisch chirurg wordt beslist welke methode u het beste resultaat zou bieden.
Bij de eerste mogelijkheid wordt voornamelijk vetweefsel verwijderd. Eerst en vooral wordt echter vastgesteld of de wallen wel degelijk het gevolg zijn van een teveel aan vetweefsel dan wel van een vochtopstapeling. Vetweefsel is immers constant en kan makkelijk verwijderd worden, in tegenstelling tot een oedeem, waarvan de grootte van uur tot uur kan variƫren.
Incisie
Is de oorzaak van de wallen een overschot aan vetweefsel, dan gebeurt de verwijdering via een incisie net onder de wimpers. Vaak neemt men hierbij toch ook wat huid weg, om het effect van een ‘lege zak’ te vermijden. Bij deze manier van blepharoplastiek kan men ook makkelijk de kringspier rond het oog aanspannen. Ook deze vorm van blepharoplastiek neemt ongeveer 1 uur in beslag en gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving.
Hamra techniek
Bij de hamra-techniek wordt geen vetweefsel weggenomen. Dit kan immers leiden tot het “holle oog syndroom”. Bij de hamra-techniek wordt het vetweefsel uit de oogwallen uitgespreid naar de groeve tussen het oog en de neus.
De hamra-techniek kan een verbetering geven tegen zwarte kringen. Bij zwarte kringen is er vaak een gebrek aan vetweefsel. Het betreft hier namelijk een diepe huidplooi waar heel weinig vet in zit. Dankzij de hamra-techniek kan ook bij deze kwaal vetweefsel verplaatst worden naar de gewenste zone.